Lonicera tatarica
Kamperfoelie
De Lonicera tatarica, ook wel 'Tartaarse struikkamperfoelie' genoemd, stamt af van de familie 'Caprifoliaceae' en is inheems inde Kaukasusregio in het zuiden van Rusland en Centraal-Azië. Deze klimmende heester met een middelmatige tot snelle groei heeft langwerpige blauwgroene bladeren. De bloeiperiode vindt plaats in mei en juni. Tijdens deze periode krijgt de plant witte tot donkerroze bloemen met gele meeldraden. Daarna, in de zomer, volgen er oranjegele tot rode bessen. Hij heeft een aantrekkelijke grijsachtige schors die afschilfert naarmate hij ouder wordt. De tartaarse struikkamperfoelie verkiest een standplaats in volle zon of halfschaduw met een goed doorlaatbare bodem. De plant is goed winterhard en verdraagt zeewind en luchtvervuiling. De Lonicera tatarica krijgt een uiteindelijke hoogte van 2,5 tot 3 meter.
U kan de struik terug in vorm snoeien na de bloei, eind juni - begin juli.
Beknopte eigenschappen
Hoogte volgroeide plant: |
2,5 - 3 M |
Bloemkleur: |
roze, wit |
Standplaats: |
zon, halfschaduw, schaduw |
Grondsoort: |
alle |
Vorm: |
opgaand, struikvormig |
Bloeiperiode
| | | | X | X | | | | | | |
jan | feb | maa | apr | mei | jun | jul | aug | sep | okt | nov | dec |