Vragen? Bel ons 057 46 80 00 of contacteer ons hier.
Glansmispel
Photinia serratifolia 'Pink Crispy' (='Oploo5') is een groenblijvende bossige heester die de aandacht trekt met zijn fraai gemarmerde blad en opvallende lentekleur. Bij de eerste uitlopers in het voorjaar verschijnt een zachte, helderroze tint – soms bijna vuurroze – die geleidelijk verandert in een zachte crème met lichtgroene en donkergroene vlekken. Deze bontheid geeft het blad een bijna "crispy" effect. De bladeren zijn ovaal tot lancetvormig, glanzend en stevig van structuur, met fijn getande randen, waardoor de plant zowel een weelderige als elegante uitstraling bewaart gedurende het hele jaar. Onder het blad steken de twijgen fraai af: jong zijn ze felrood, wat een warm contrast toevoegt aan de koelere bladkleuren. De takken vormen meerdere stammen vanaf de basis en ontwikkelen zich tot een opgaande, goed vertakte vorm die compact blijft, maar toch een natuurlijke pracht uitstraalt. Bij optimale groei kan ‘Pink Crispy’ een hoogte van rond de 1,75 m bereiken en zo’n 1 m breed worden, waardoor hij zich uitstekend leent voor gebruik als solitair, accentplant of groene haag. Vanaf de late lente tot het begin van de zomer bloeit hij met schermen van kleine, roomwitte bloemetjes die in groepjes samenkomen. Deze bloemen hebben een zachte, bijen- en hommelvriendelijke geur, maar verschijnen niet te nadrukkelijk, zodat ze de aandacht van het bont blad zeker niet overheersen. In de late zomer en herfst ontstaan kleine ronde bessen die eerst rood kleuren en later donkerder worden. Hoewel ze voornamelijk een sierfunctie vervullen, blijven ze soms hangen in het winterseizoen en trekken ze vogels aan. Wat onderhoud betreft is ‘Pink Crispy’ bijzonder makkelijk. Hij ervaart de voorkeur voor een standplaats in volle zon tot halfschaduw, op een goed doorlatende, bij voorkeur vruchtbare grond. Zware, natte klei wordt afgeraden. Zodra de plant een stevige basis heeft, verdraagt hij periodes van droogte redelijk goed. Ook is hij behoorlijk winterhard, tot ongeveer −20 °C, alhoewel wat bescherming tegen schrale winterwind de jonge scheuten ten goede komt. Ziekteresistentie is een sterk punt van deze cultivar: in de praktijk blijkt hij weinig last te hebben van gangbare glansmispelziektes. Een jaarlijkse lichte snoei, bij voorkeur eind zomer, houdt hem compact en stimuleert nieuwe uitlopers. Wie in het volgende seizoen weer frisrood blad wil zien, kan zorgen voor gesnoeide twijgen dit jaar; snoei stimuleert altijd opnieuw een forse kleuruiting van jonge scheuten.
| Hoogte volgroeide plant: | 1,5 - 2 M |
| Bloemkleur: | wit, creme |
| Standplaats: | halfschaduw, zon |
| Grondsoort: | alle |
| Vorm: | opgaand, struikvormig, bolvormig |
| X | X | ||||||||||
| jan | feb | maa | apr | mei | jun | jul | aug | sep | okt | nov | dec |
Detailfoto's zijn een momentopname. Afhankelijk van seizoen kan deze er anders uitzien m.b.t. bloei, hoogte, blad, ...
| Breedte: | 1 - 1,5 M |
| Winterhard: | matig winterhard |
| Bladkleur: | groen, roze, creme, bont |
| Geurende bloemen: | geuren sterk |
| Vruchtkleur: | rood |
| Vruchtperiode: | oktober, november |
| Waardevol voor insecten: | ja |
| Groenblijvend: | wintergroen |
| Aantal per m2: | 1 - 3 /M², 1 - 2 /LM |
| Snoeiperiode: | maart, september, oktober |